De reguliere oncoloog professor Robert Thomas had tot voor kort geen ervaring met aanvullende alternatieve therapieën om prostaatkanker te behandelen maar omdat een meerderheid van zijn patiënten supplementen gebruikte ging hij zich in de materie verdiepen en kwam tot de conclusie dat diverse planten-extracten – polyfenolen – veelbelovend zijn als aanvullende behandeling. Hij wist met behulp van zijn universiteit in Cambridge en met overheidssubsidie een onderzoek op te zetten. Gekozen werd voor een relatief goedkoop en niet zo sterk kruidensupplement dat bestond uit 100 mg geelwortelpoeder (kurkuma), 100 mg broccolipoeder, 100 mg granaatappelpoeder en 20 mg groene thee-extract.
De onderzoeksgroep bestond uit 199 mannen met niet-uitgezaaide prostaatkanker die hetzij een actief afwachtende behandeling ondergingen (60%) , hetzij een waakzaam afwachtende behandeling (40%). Onder actief afwachtend verstaan we dat er nog geen behandeling zoals bestraling, operatie of brachytherapy heeft plaats gevonden maar o.a. het PSA gehalte regelmatig wordt gecontroleerd om te kijken of er alsnog ingegrepen dient te worden. Mannen in de waakzaam afwachtende groep hadden al eerder een behandeling ondergaan maar stonden nu op controle vanwege een stijging van het PSA gehalte. Circa 90 % van de mannen hadden Gleason score van 7 of lager. Tweederde van de proefpersonen kregen 3 maal daags een supplement van genoemde samenstelling en de anderen kregen placebos.
Na zes maanden bleek dat het PSA gehalte veel sterker gestegen was in de placebogroep.
Lees verder “Polyfenolen tegen prostaatkanker”
De twaalf geboden
Europeanen krijgen te weinig vitamine D en mineralen binnen, blijkt uit onderzoek dat vorig jaar werd gepubliceerd in The British Journal of Nutrition (aug.28,2013,110(4):755-773). Aanvullende innametekorten die zich specifiek binnen Nederland voordoen zijn tekorten aan vitamine B1, selenium, ijzer en magnesium. Eerder verscheen in 2011 een voedselpeiling van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onder 3810 Nederlanders in de leeftijd van 7 tot 69 jaar. Daarbij werd vastgesteld dat een deel van de bevolking minder vitamine A,B,C,E, magnesium, kalium en zink binnen krijgt dan wordt aanbevolen. Deze onderzoeksresultaten komen niet als donderslag bij heldere hemel. Het gerenommeerde onderzoeksinstituut TNO kwam in 1994 ( ! ) al tot de conclusie dat de meeste Nederlanders een matig tot ernstig gebrek hebben aan vitamine A, D, B1, B2, selenium, koper, ijzer, calcium, zink en magnesium 1. Voldoende redenen dus om de dagelijkse voeding met supplementen aan te vullen. Maar de vraag rijst: waarmee, wanneer en hoe doe je dat ? Om de beste resultaten te verkrijgen, daarom de volgende twaalf geboden: Lees verder “De twaalf geboden”
Een tropische verrassing
Tot nu toe was er slechts een kleine groep onderzoekers van lipiden (vetten) die met de bijzonder heilzame effecten van een unieke groep verzadigde vetten in kokosolie bekend was. De meeste mensen in de gezondheidsindustrie zijn over het algemeen onbekend met die heilzame werking en schuwen kokosolie vanwege de algemene misvattingen met betrekking tot deze voedingsvetten. Maar naarmate de heilzame voedings en therapeutische effecten van tropische olien meer bekend worden, begint er verandering in deze situatie te komen.
Dat is de mening van dr. Bruce Fife, de schrijver van het boek HET KOKOSOLIEWONDER. Hij geldt in de voedingswetenschappelijke wereld als autoriteit op het gebied van kokos. Zodoende wordt er ook wel naar hem verwezen als de Kokosnootgoeroe of Doctor Coconut.
Middellangeketenvetzuren
In zijn boek legt dr. Fife uit dat verzadigde vetten niet ongezond zijn. Er bestaat in feite een subgroep van verzadigde vetten die een positief effect op de gezondheid heeft. Hij geeft een korte opsomming van de bijzondere heilzame werkingen van een groep verzadigde vetten die in moedermelk en kokosolie worden aangetroffen en die onderzoekers naar lipiden langzamerhand beginnen te ontrafelen. Ze staan bekend als middellangeketenvetzuren. Kokosolie is niet alleen geen gif zegt hij maar het bevat een opmerkelijk vet dat monolaurine wordt genoemd. Dit middellangeketenvet wordt momenteel als behandeling voor herpes genitalis, hepatitis-C en HIV klinisch onderzocht. De eerste resultaten uit dit onderzoek zijn veelbelovend en vertonen interessante mogelijkheden voor een belangrijk nieuw wapen in de nutritionele geneeskunde Lees verder “Een tropische verrassing”
Lelijke plekken
Het zal zo’n 35 jaar geleden zijn geweest dat ik wegens vervelende spierklachten mijn eerste bezoekje aan de reumatoloog bracht. Tevens het laatste zo bleek achteraf, want ik had (gelukkig) geen reuma. Wel een lelijke rode jeukende plek op mijn borst in de vorm van het eiland Terschelling. Ik had er tot mijn doktersbezoek nog geen serieuze aandacht aan besteed. ”Hoe lang heeft u die plek al ?”, vroeg de reumatoloog. Ik antwoordde dat ie ongeveer een maand daarvoor plotseling was verschenen. ”Zoals u begrijpt is de huid mijn vakgebied niet, maar ik denk dat u een beginnende psoriasis heeft’, zei hij. Nou kom ik uit een familie met huidproblemen, maar psoriasis komt in onze kringen niet voor. Later toen er ook op mijn enkels, ellebogen en rug pijnlijk jeukende schilferende plekken ontstonden, ben ik, om er achter te komen wat eraan te doen was, in mijn oude studieboeken gedoken. Ik kwam er al gauw achter dat psoriasis geen makkelijk oplosbaar probleem is. Tijdens een studiereis door Israel – niet vanwege orthomoleculaire geneeskunde (wist ik toen nog niets van), maar om Bijbels-oudheidkundige redenen- bracht ik ook een bezoek aan de Dode Zee. Tot mijn verrassing ontdekte ik aan de zeeoevers kuuroorden waar psoriasispatienten verlichting vinden voor hun kwaal door te baden in het water dat een extreem hoog zoutgehalte heeft. De U.V. stralen van de overvloedig aanwezige zon doen er nog eens een ”verlichtend” schepje bovenop. Daarmee is de kwaal echter niet verdwenen; na ongeveer een half jaar komt de psoriasis terug en kun je als je over voldoende financiele middelen beschikt opnieuw een vliegretourtje Tel Aviv boeken…..
Wat is psoriasis? Lees verder “Lelijke plekken”
Meer eiwitten voor ouderen
In Veel of weinig proteïne? hebben we gezien dat, volgens de huidige kennis, de sterfte en het kankerrisico dalen bij een hogere eiwitinname vanaf ongeveer het 65ste levensjaar. Jongere mensen doen er verstandig aan hun inname van dierlijke eiwitten te matigen. Een hogere inname van dierlijk, eiwitrijk voedsel kan bij ouderen ook van belang zijn om de levenskwaliteit te verbeteren doordat de afbraak van spierweefsel -sarcopenie- wordt beperkt. Ook kan er bij veel mensen in deze levensfase nog sprake zijn van spieropbouw door een combinatie van krachttraining en een eiwitrijk dieet. De extra inname van antioxidanten zoals vitamine C, extra vitamine D en omega-3 vetzuren uit vis kunnen hierbij helpen.
Vlees
Australische onderzoekers experimenteerden met honderd vrouwen van 60-90 jaar die niet aan sport deden en geen ernstige aandoening hadden. De vrouwen, die een gemiddelde leeftijd van 73 jaar hadden, trainden gedurende vier maanden 2 keer per week een uur in de fitnesszaal. Lees verder “Meer eiwitten voor ouderen”
Hartelijke groenten!
Een eetpatroon bestaande uit onbewerkte, grotendeels plantaardige voeding lijkt de beste gezondheidsresultaten te geven als het gaat om het voorkomen van chronische ziekten, zoals hart en vaatziekten, kanker en diabetes. Dat concluderen prof. David Katz en Stephanie Meller van de Yale University op basis van hun literatuuronderzoek naar gezondheidseffecten van verschillende eetpatronen. Zij bekeken zo’n 167 wetenschappelijke publikaties over 7 verschillende soorten voedingspatronen. Volgens hen bestaat een goed eetpatroon uit minimaal bewerkte producten, dichtbij de natuur, van voornamelijk plantaardige herkomst. Zo’n menu zou de kans op chronische ziekten met wel 80% kunnen verlagen.
Cameraman en filosoof
Het zojuist verschenen boek van Thomas Dijkman De 45 meest geneeskrachtige groenten sluit naadloos bij deze conclusie aan. Lees verder “Hartelijke groenten!”
Co-enzym Q10 bij fibromyalgie
Fibromyalgie wordt gekenmerkt door spierpijn, pijnlijke drukpunten “tender points” genaamd, vermoeidheidsklachten, slapeloosheid en andere psychische klachten. In het artikel van Anthon over dit onderwerp wordt het mogelijke nut van extra co-enzym Q10 bij deze aandoening aangestipt. Onlangs zijn in Spanje enkele experimenten met fibromyalgiepatiënten uitgevoerd die hoopvolle resultaten hebben laten zien.
De Spaanse wetenschappers schatten dat bijna 5% van de bevolking last heeft van fibromyalgie. Anderen noemen percentages van 1%-2%. Probleem is dat fibromyalgie lastig is te diagnosticeren. De auteurs menen te hebben ontdekt dat een laag AMPK gehalte een meetbaar en te beïnvloeden aspect van deze ziekte is. AMPK is een cruciaal enzym voor de energievoorziening van de cellen. Het gehalte wordt door een aantal factoren beïnvloed zoals lichaamsbeweging, de hoeveelheid vetweefsel ( hierbij spelen adiponectine en leptine een rol) en door bepaalde voedingsstoffen en kruiden zoals carnitine, co-enzym Q10, geelwortel en rhodeola. De onderzoekers richtten hun aandacht op co-enzym Q10 omdat uit enkele studies was gebleken dat mensen met fibromyalgie een laag gehalte hiervan in hun bloed hebben.
In de eerste studie uit 2012 deden 20 vrouwen met fibromyalgie mee waarvan de helft 3 x daags 100 mg co-enzym Q10 (softgels) per dag kreeg. Zij werden vergeleken met 15 gezonde vrouwen van ongeveer dezelfde leeftijd. Vooraf en na afloop werd d.m.v. bloedonderzoek de antioxidantstatus, waaronder het co-enzym Q10 gehalte, bepaald. Deze was bij aanvang veel slechter bij de patiënten. Ook werd de fibromyalgiesymptoomscore (FIQ) bepaald en de ernst van de hoofdpijnklachten (HIT-6)
