Magnesium vermindert insulineresistentie

Als de lichaamscellen niet goed meer reageren op insuline waardoor glucose onvoldoende kan worden omgezet in energie noemt men dit insulineresistentie. De alvleesklier reageert hierop door nog meer insuline te produceren, aangeduid met hyperinsulinemie. Dit werkt overgewicht in de hand en is ook in andere opzichten ongezond. Insulineresistentie kan leiden tot diabetes type 2. De belangrijkste oorzaak is te veel eten, vooral van toegevoegde suikers en andere koolhydraten. Uit enkele onderzoeken blijkt dat extra magnesium insulineresistentie kan verminderen. Lees verder “Magnesium vermindert insulineresistentie”

Kaneel bij diabetes

In 2003 verscheen een studie over kaneel dat destijds veel publiciteit kreeg. In doses vanaf 1 gram per dag had kaneel een opmerkelijk gunstig effect op het nuchtere bloedsuikergehalte (-18–29%), triglyceride (-23–30%), LDL cholesterol (-7–27%), en totaal cholesterol (-12–26%) van diabetespatiënten. Dit onderzoek was uitgevoerd in Pakistan. In de daaropvolgende jaren zijn er diverse soortgelijke onderzoeken uitgevoerd in Westerse landen met wisselende resultaten. Zo verlaagde in een Duits onderzoek kaneel wel het nuchtere bloedsuikergehalte met 10% maar het belangrijke HbA1c (geglyceerd hemoglobine), dat de mate van de verstoring van de suikerstofwisseling aangeeft, was niet veel lager. In een Nederlands onderzoek vond men helemaal geen ‘statistisch significante’ verschillen. In sommige van deze onderzoeken werd niet gewoon kaneel maar een extract ervan dat bepaalde stoffen uit kaneel bevat gebruikt. Het kan zijn dat dit extract minder effectief is of dat er andere redenen zijn dat het eerste onderzoek opmerkelijker resultaten had laten zien zoals verschillen in medicatie, dieet of erfelijke eigenschappen van de proefpersonen. Hoe het ook zij, diverse diabetesinstanties concludeerden dat er geen reden bestaat kaneel te adviseren bij diabetes. Deze conclusie zal men mogelijk weer bij moeten stellen want recentelijk zijn weer twee studies verschenen waarbij extra kaneel een duidelijk gunstige invloed liet zien.

In een Amerikaans onderzoek uit 2009 kregen 109 diabetici type 2 twee maal daags 500mg kaneel of placebo’s , naast de gebruikelijke behandeling. Het HbA1c daalde na 90 dagen met 0,83 in de kaneelgroep en met 0,37 in de placebogroep, hetgeen een groot verschil is.
Een Engels onderzoek dat onlangs werd gepubliceerd kwam met soortgelijke cijfers. In dat onderzoek kregen de mensen met diabetes type 2 twee x daags 1 gram kaneel. Men mat niet alleen het geglyceerd hemoglobine maar ook de bloeddruk. Ook die cijfers waren beter in de kaneelgroep dan in de placebogroep: een daling van 2,5 mm bovendruk en 5mm onderdruk.

Uit diverse kleinschalige onderzoeken onder gezonde proefpersonen blijkt dat extra kaneel ook bij hen meteen een gunstige invloed heeft op de suikerstofwisseling. Na het eten van veel suiker stijgt zowel het bloedsuiker- als het insulinegehalte minder sterk als gelijktijdig kaneel wordt ingenomen.

Diabetes Care December 2003 vol. 26 no. 12
Eur J Clin Invest. 2006 May;36(5):340-4.
The Journal of the American Board of Family Medicine 22 (5): 507-512 (2009)
Diabetic Medicine
Volume 27, Issue 10, pages 1159–1167, October 2010

Diabetes Obes Metab. 2007 Nov;9(6):895-901.

Carnitine bij zwangerschapsdiabetes

Bij het ontstaan van diabetes type 2 en van zwangerschapsdiabetes speelt een toename van het gehalte vrije vetzuren een grote rol. Bij te veel eten treedt er een overbelasting van de lever op die leidt tot insulineresistentie die gepaard gaat met een hoger gehalte vrije vetzuren in het bloed. Carnitine speelt een rol in het metabolisme van vrije vetzuren. De behoefte aan deze voedingsstof is verhoogd bij een calorierijk dieet terwijl tijdens de zwangerschap de lichaamseigen aanmaak ervan vaak verlaagd is. Carnitine is een voedingsbestanddeel dat tot de aminozuren wordt gerekend. Het lichaam kan het echter ook zelf maken van lysine met behulp van o.a. vitamine C en ijzer. Vermoedelijk vanwege een relatief ijzertekort tijdens de zwangerschap is het carnitinegehalte dan vaak laag terwijl het vrije vetzuurgehalte dan stijgt hetgeen bijdraagt aan insulineresistentie. In ongeveer 2% van de gevallen leidt dit tot zwangerschapsdiabetes. Nu blijkt uit onderzoek dat extra l-carnitine het vrije vetzuurgehalte kan normaliseren.
Oostenrijkse onderzoekers verdeelden 30 zwangere vrouwen in twee groepen. De ene groep kreeg vanaf de 20ste week van de zwangerschap 2 gram carnitine (l-carnitine tartraat) per dag en de andere groep een placebo. Ook was er een controlegroep van gezonde niet-zwangere vrouwen. De carnitine bleek het gehalte vrije vetzuren te verlagen tot hetzelfde gehalte als bij de vrouwen in de controlegroep terwijl in de placebogroep het vrije vetzuurgehalte verder steeg. Ook daalde het triglyceridegehalte (triacylglycerol) door de carnitine, zij het niet zo sterk als het vrije vetzuurgehalte. Uit deze gegevens lijkt het zeer waarschijnlijk dat de kans op zwangerschapsdiabetes sterk wordt verlaagd door extra carnitine. Uit eerder onderzoek bleek overigens dat 500mg carnitine per dag het carnitinegehalte al kan normaliseren bij zwangere vrouwen.

Gynäkol Geburtshilfliche Rundsch 2009;49:230-235 (DOI: 10.1159/000301075)

European Journal of Clinical Nutrition (2009) 63, 1098–1105; doi:10.1038/ejcn.2009.36; published online 3 June 2009
Gerelateerd: Carnitine

Omega-3 helpt slechts deel hartpatiënten?

Onlangs zijn de resultaten bekend gemaakt van een Nederlands onderzoek onder hartpatiënten met margarines waaraan al dan niet omega-3 vetzuren waren toegevoegd. De resultaten waren teleurstellend. Lage doses EPA en DHA – de vetzuren uit vis – blijken bij mensen die al eerder een hartaanval hebben gehad geen bescherming te bieden tegen een nieuwe hartaanval of beroerte. Alleen de hartpatiënten die tevens aan diabetes leden hadden duidelijk baat bij de extra visolie: in deze subgroep was het aantal dodelijke cardiovasculaire gebeurtenissen circa 50% lager. Verder leken vrouwelijke patiënten door het plantaardige omega-3 vetzuur alfa-linoleenzuur minder risico op nieuwe hartklachten te hebben gelopen. Bij de overige hartpatiënten kon men geen verschil in uitkomst bespeuren. Lees verder “Omega-3 helpt slechts deel hartpatiënten?”

Metabole effecten koolhydraatarm dieet met supplementen. Levensverlengend?

Reeds lang is bekend dat men proefdieren langer kan laten leven door ze minder te eten te geven. Dit heeft o.a. een snel meetbare verlaging van het gewicht, de bloeddruk, het bloedsuikergehalte, het insulinegehalte, het T3 (een schildklierhormoon) gehalte en van leptine tot gevolg. Ook is bekend dat bij mensen die heel oud worden het gehalte van genoemde hormonen lager is dan bij mensen die minder oud worden. Omdat vooral makkelijk verteerbare koolhydraten het gehalte van deze hormonen verhogen achten wetenschappers het waarschijnlijk dat voeding met een lage glycemische index het verouderingsproces vertragen. Ook is bekend dat bepaalde voedingssupplementen gunstig kunnen zijn op genoemde stofwisselingsfactoren.

31 vrouwen en mannen van middelbare leeftijd deden mee aan een onderzoek naar het effect van een koolhydraatarm dieet met de volgende aanvullingen: een multivitamine met alle B-vitamines en mineralen, 2 gram L-carnitine, 400 mg alfa liponzuur, 100 mg Q10, een lepel visolie, 300 mg magnesium, 300 mg kalium, 1 gram vitamine C en 800 mg vitamine E.
Men hoefde niet minder te eten maar men mocht geen suiker, geen groente en fruit met veel koolhydraten eten (dus wel broccoli, bloemkool e.a koolgroentes, uien, asperges, paddestoelen en alle bladgroentes en rauwkost) en geen rood vlees maar vis en gevogelte of magere kaas. Ook was de toegestane hoeveelheid eiwitten beperkt. Na afloop bleek dat de energie uit het dieet voor 20% uit koolhydraten had bestaan, voor 20% uit eiwitten en voor 60% uit vetten.

Na drie maanden de supplementen geslikt en het dieet gevolgd te hebben bleken allerlei metingen zeer sterk verbeterd te zijn. Het gewicht was met gemiddeld 8% gedaald, de bloeddruk met 10%, het insulinegehalte met 40%, het bloedsuikergehalte met 7,6% het T3 gehalte met 10%, het leptinegehalte met 48% en het triglyceridegehalte was met 28% gedaald. Ook al hoefde men niet minder te eten is het waarschijnlijk dat veel mensen op dit dieet toch minder calorieën binnen kregen. Zo zorgt een verlaging van het leptinegehalte voor vermindering van de eetlust. Maar ook bij degenen die niet waren afgevallen verbeterden de andere risicofactoren. De supplementen zullen ongetwijfeld een grote rol gespeeld hebben in de verlaging van de hoge bloeddruk (bloedddrukverlagende medicijnen werden bovendien afgebouwd) maar welke rol deze speelden bij de andere risicofactoren kan uit dit onderzoek niet worden opgemaakt.
J Appl Res. 2009 January 1; 9(4): 159?165.

Curcumin goed voor de bloedvaten

curcumaEen hoog bloedsuikergehalte veroorzaakt oxidatieve stress die leidt tot endotheeldysfunctie – slecht werkende bloedvaten dat kan leiden tot hoge bloeddruk en atherosclerose. Endotheeldysfunctie gaat ook gepaard met een verhoging van een aantal ontstekingsstoffen in het bloed. Minder eten en meer bewegen hebben een gunstig effect op het bloedsuikergehalte en op de werking van de bloedvaten (endotheelfunctie). Ook is aangetoond dat antioxidanten zoals vitamine C, vitamine E, alfa-liponzuur, co-enzym Q10 en groene thee endotheeldysfunctie verminderen. Hetzelfde geldt voor bepaalde medicijnen zoals ACE en angiotensin 2 remmers (tegen hoge bloeddruk) en van atorvastatine (merknaam Lipitor, een statine).

Onder diabetici bij wie endotheeldysfunctie was aangetoond werd een vergelijkend onderzoek uitgevoerd om te zien of curcumin (de werkzame bestanddelen uit het kruid kurkuma) ook een gunstig effect heeft op de bloedvaten. De 72 personen werden in drie groepen verdeeld. Eén groep kreeg twee maal daags 300mg van een kurkuma-extract dat 78% curcuminoïdes 1 bevatte. Groep twee kreeg 10mg atorvastatine per dag en groep drie placebos. Na acht weken bleek dat zowel in de groep die de curcumin gekregen had als in de atorvastatinegroep de endotheelfunctie sterk was verbeterd. Dit ging gepaard met minder schadelijke stoffen in het bloed (malonaldehyde) en minder ontstekingsstoffen ( endothelin-1 (ET-1), interleukine-6 (IL-6) en tumour necrosis factor-alpha (TNFalpha)). Het effect van de twee behandelmethodes was vergelijkbaar. In de placebogroep traden geen verbeteringen op.

http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/18588355
http://www.nieuwsbank.nl/inp/2005/06/15/R045.htm

1. Het kruid kurkuma (koenjit) zoals dat in de keuken gebruikt wordt bevat gemiddeld slechts 3,14% curcumin en kan sterk variëren. (bron)

Gerelateerd: Medicus curat, natura sanat! en Curcumin bij darmaandoeningen en Vitamine C voor de bloedvaten bij diabetes 1, Geelwortel voorkomt en behandelt diabetes
[ad#ad-2]

Vitamines-diabetes onderzoek

Hoewel dit onderzoek een degelijke basis heeft, leverde het geen opzienbarende resultaten op. Toch zijn de resultaten het vermelden waard.
Het dubbelblinde onderzoek werd gedurende 10 jaar uitgevoerd onder vrouwen van middelbare leeftijd die niet aan diabetes leden maar wel een cardiovasculaire aandoening hadden of in elk geval minstens drie risicofactoren voor hart- en vaatziektes. Zoals:

  • Roken
  • Hoge bloeddruk
  • Verhoogd totaal en ldl-cholesterol
  • Laag hdl-cholesterol
  • Ouder dan 60 jaar
  • De 6574 vrouwen werden in vier groepen verdeeld die gedurende 10 jaar op het volgende suppletieregime werden gezet: (1) 500mg vitamine C per dag. (2) 600 ie vitamine E om de andere dag. (3) 50mg ß-caroteen om de andere dag. (4) placebo.
    In de loop van de 10 jaar werd bij 895 vrouwen diabetes vastgesteld. De kans hierop werd niet beínvloed door de ß-caroteen. In de vitamine C groep kwam zo’n 12% minder diabetes voor en in de vitamine E groep juist meer diabetes dan in de placebogroep. Beiden verschillen waren overigens niet statistisch significant.
    Am J Clin Nutr 90: 429-437, 2009. juni 2009; doi:10.3945/ajcn.2009.27491

    De risicofactoren voor vrouwen voor diabetes type 2 kunnen zijn:

    • Ouder dan 45 jaar
    • Diabetes tijdens een eerdere zwangerschap
    • Overgewicht (vooral rond het middel)
    • Diabetes in de familie
    • Het baren van een baby van meer dan 4,5 kg
    • HDL cholesterol onder 35
    • Hoog gehalte triglycerides,(250 mg/dL of meer)
    • Hoge bloeddruk
    • Verminderde glucose tolerantie
    • Weinig lichaamsbeweging
    • Slecht dieet