Eén cytotoxisch mechanisme van kankermedicatie is het genereren van reactieve zuurstofradicalen die kankercellen dienen te vernietigen. Hierdoor is er bezorgdheid dat het gebruik van voedingssupplementen tijdens de behandeling, met name antioxidanten, de effectiviteit van de behandeling kunnen verminderen. In feite zijn er al klinische aanbevelingen waardoor de meeste patiënten geen antioxidant supplementen nemen tijdens de chemotherapie (en bestraling). Tot dusver is er weinig onderzoek naar gedaan. Antioxidanten kunnen ook de giftigheid voor gezonde cellen verminderen waardoor de therapie vaker kan worden volbracht. Dit onderzoek trachtte hier meer duidelijkheid in te verschaffen maar helaas kwamen er m.b.t. de antioxidanten geen duidelijke gegevens uit het onderzoek maar mogelijk wel over twee andere voedingstoffen die deze patiënten soms krijgen.

Het betrof een onderzoek onder borstkankerpatiënten die behandeld werden met doxorubicine, paclitaxel en/of cyclofosfamide. Hen werd naar het supplementgebruik gevraagd voor en tijdens de behandeling. Van een aantal supplementen vindt u onderaan het artikel een tabel van de aantallen die deze supplementen gebruikten.  Een half jaar na de behandeling werd gekeken of er een verband was tussen het supplementgebruik en terugkeer van de ziekte en de sterfte. Voor de meestgebruikte suppletie, multivitamines, was het duidelijk: dit had geen invloed op de uitkomst van de behandeling. Verder waren er 2 statistisch significante uitkomsten. Het gebruik van vitamine B12 en ijzer was geassocieerd met een minder goede prognose zowel voor het wegblijven van de borstkanker en de sterfte.

Aangetekend moet worden dat juist deze twee voedingsstoffen (geen antioxidanten, ijzer is juist een pro-oxidant) vaak  op doktersadvies worden genomen. In sommige gevallen nadat uit bloedonderzoek bloedarmoede is vastgesteld. Het is goed mogelijk dat bloedarmoede het risicoverhogende aspect is en niet het gebruik van deze voedingsstoffen.

De cijfers voor het gebruik van antioxidanten (in dit onderzoek vitamine A, C, E caroteen en coenzym Q10) waren negatief maar niet statistisch significant. Hier kunnen dus geen conclusies aan verbonden worden maar er is ook eigenlijk in de meeste gevallen – mogelijk met uitzondering van vitamine C – geen goede reden om deze in te nemen tijdens de behandeling.

Vitamine D gebruik had in dit onderzoek ook geen invloed op de uitkomsten.

 

Supplementgebruik voor en tijdens borstkankerbehandeling

Totaal
Nee Ja
N (%) N (%) N (%)
Multivitamine
 Total 703 (56,8) 535 (43,2) 1238 (100)
Vitamine C
 Total 1091 (88,1) 147 (11,9) 1238 (100)
Vitamine D
 Total 924 (74,6) 315 (25,4) 1239 (100)
Vitamine E
 Total 1,159 (93.6) 79 (6.4) 1,238 (100)
Vitamine B6
 Total 1,002 (80.9) 236 (19.1) 1238 (100)
Foliumzuur
 Total 1,141 (92) 99 (8) 1240 (100)
Vitamin B12
 Total 1,096 (88.3) 145 (11.7) 1,241 (100)
Calcium
Totaal 893(72) 348 (28) 1241 (100)
IJzer
Totaal 1028 (90,4) 109 (9,6%) 1137 (100)
Visolie, EPA, omega-3, vlaszaad of kabeljauwleverolie
 Total 1,079 (87.4) 155 (12.6) 1,234 (100)
Glucosamine
 Total 1,156 (93.5) 80 (6.5) 1,236 (100)

Dietary Supplement Use During Chemotherapy and Survival Outcomes of Patients With Breast Cancer Enrolled in a Cooperative Group Clinical
Trial (SWOG S0221) Christine B. Ambrosone, PhD et al. Journal of Clinical Oncology 2019
Zirpoli GR, Brennan PM, Hong CC, et al: Supplement use during an intergroup clinical trial for breast cancer (S0221). Breast Cancer Res Treat 137:903-913,2013

Gerelateerd: Extra antioxidanten bij chemotherapie

Delen.