Amerikaanse wetenschappers volgden 77719 mensen van tussen de 55 en 76 jaar gedurende gemiddeld drie jaar. Van 13 vitamines en mineralen en van een aantal andere voedingssupplementen (visolie, chondroïtine, glucosamine, ginkgo, knoflook, sabalpalm en vezelsupplementen) werd bijgehouden wat mensen hiervan op eigen gelegenheid dagelijks gebruikten. Na afloop werd gekeken wat de invloed van de afzonderlijke vitamines, mineralen en andere supplementen op de sterfte kon zijn geweest.
Het gebruik van bijna alle onderzochte stoffen was geassocieerd met een lagere sterfte, zij het dat dit in de meeste gevallen niet ‘statistisch significant’ was, d.w.z. de geringere sterfte kon ook aan toeval of andere factoren te danken zijn. Van de vitamines en mineralen (vitamines C, E en calcium waren niet onderzocht) scoorden magnesium, zink en – opvallend genoeg want deze stof heeft bij veel voedingswetenschappers een slechte naam -β-caroteen het beste met zo’n 8% lagere sterfte.
Grotere verschillen vond men bij de overige voedingssupplementen. Zoals in vele onderzoeken was de sterfte onder de gebruikers van visoliecapsules een stuk lager, in dit geval 17%. Knoflook noteerde een 11% lagere sterfte en ginkgo 4% in de hoog- en 16% in de laaggedoseerde groep. Het meest opmerkelijke van dit onderzoek was de 17% en statistisch significant lagere sterfte bij gebruik van glucosamine en van chondroïtine. Deze supplementen worden doorgaans geslikt tegen gewrichtsklachten.
In The Encyclopedia of Natural Medicine uit 1998 van Murray en Pizzorno, dat jarenlang als naslagwerk op mijn buro lag, staan een aantal alinea’s over glycosaminoglycans waartoe chondroïtine en glucosamine behoren en de meer dan 50 klinische studies die aantoonden dat deze glycosaminoglycans werkzaam zijn tegen aandoeningen van de bloedvaten1. De auteurs van dit onderzoek sluiten niet uit dat deze twee stoffen al het epitheelweefsel – bloedvaten, huid, darmen en longen – mogelijk kan beschermen tegen diverse aandoeningen.

1) Murray en Pizzorno geven zes referenties van studies. Vijf gebruikten mesoglycan en één chondroïtine.

American Journal of Clinical Nutrition, doi:10.3945/ajcn.2009.28639
Vol. 91, No. 6, 1791-1800, June 2010

Delen.